Sinds 1 januari 2018 riskeert uw bvba niet langer om het verlaagd tarief in de vennootschapsbelasting te verliezen als ze een (te groot) dividend zou uitkeren. Wil dit nu zeggen dat u voortaan voor een groter dividend ‘moet’ kiezen?
Nieuw: geen invloed op tarief meer
Het verlaagd tarief. Tot eind 2017 bedroeg het verlaagd tarief in de vennootschapsbelasting 24,98% (op de eerste schijf van € 25.000), terwijl het normaal tarief 33,99% was. Om recht te hebben op dat verlaagd tarief was onder meer vereist dat er een minimumloon van (in principe) € 36.000 opgenomen werd door de bedrijfsleider, maar ook dat er niet te veel dividenden uitgekeerd werden.
Vroeger max. 13% dividend. Zodra er een dividend toegekend werd van méér dan 13% van het gestorte kapitaal, had uw bvba geen recht meer op het verlaagd tarief. Vermits vaak slechts het minimumkapitaal volgestort werd (€ 6.200 in een bvba of € 12.400 in een eenpersoonsbvba), was er dus maar een dividend van € 806 of € 1.612 mogelijk zonder het verlaagd tarief te verliezen.
Nu geen beperking meer. Door de hervorming van de vennootschapsbelasting werd het verlaagd tarief sinds 1 januari 2018 verminderd tot 20,4% op de schijf tot € 100.000 en het gewoon tarief tot 29,58%. Vanaf 2020 wordt dat respectievelijk 20% en 25%. Bovendien vervalt ook de voorwaarde i.v.m. een maximaal dividend; dat mag nu zo hoog zijn als u zelf wilt (wet 25.12.2017, BS 29.12.2017) .
Let op! Uw bvba moet wel een bezoldiging van minstens € 45.000 (i.p.v. € 36.000) uitkeren om het verlaagd tarief nog te kunnen genieten.
Vraag: is een dividend nu interessant?
Meestal 30% rv. De uitkering van een dividend kan sinds 1 januari 2018 dus geen negatieve invloed meer hebben op het tarief waartegen uw bvba belast wordt, maar door de hoge roerende voorheffing (rv) van 30% blijft de totale belastingdruk relatief hoog. Toch blijft een dividend nog iets voordeliger dan extra loon opnemen.
Soms maar 15% rv. Onder bepaalde voorwaarden kan er zelfs een dividend uitgekeerd worden met inhouding van ‘slechts’ 15% rv. Vereist daarvoor is dat de dividenden betrekking hebben op kapitaal dat ‘in geld’ ingebracht is na 1 juli 2013. Bovendien geldt dit tarief pas vanaf de winstverdeling van het derde boekjaar na de inbreng.
Wat kost een dividend? Als uw bvba het verlaagd tarief geniet en € 10.000 winst wil uitkeren als dividend, dan houdt u (privé) netto over:
| Roerende voorheffing | van 30% | van 15% |
| Winst: | 10.000 | 10.000 |
| Vennootschapsbelasting: | – 2.040 | – 2.040 |
| Brutodividend: | 7.960 | 7.960 |
| Roerende voorheffing: | – 2.388 | – 1.194 |
| Nettodividend: | 5.572 | 6.766 |
Of beter liquidatiereserve aanleggen? I.p.v. nu al een dividend uit te keren, kan uw bvba ook elk jaar beslissen om een zgn. liquidatiereserve aan te leggen waarop ‘slechts’ een heffing van 10% ingehouden moet worden. In dat geval houdt u netto zelfs € 7.164 over (tegen het verlaagd tarief). Het nadeel is echter dat de uitkering dan pas kan gebeuren bij de ontbinding van uw bvba, zodat u dus moet wachten op uw geld.
Let op! Op de eerstvolgende algemene vergadering (AV) van uw bvba, die binnenkort zal ‘plaatsvinden’, wordt nog beslist over de winst van 2017 zodat de nieuwe regels dan nog niet spelen. Wat we zonet uiteengezet hebben, zal dus pas spelen op de AV die half 2019 zal plaatsvinden.
De uitkering van een dividend kan vooral interessant zijn als uw bvba slechts 15% roerende voorheffing moet inhouden. Voor zover dat u kunt wachten (op het geld) tot de ontbinding van de vennootschap, blijft het echter nog steeds voordeliger om geen dividend uit te keren en een liquidatiereserve aan te leggen.
